Opdracht
In juni 2008 hebben wij opdracht gekregen van de gemeente Woerden om inspectie werkzaamheden te verrichten van gedegradeerde delen voegwerk van de bovenromp en - onderromp en over schade aan het pleisterwerk op de molenvoet.
Ook kregen wij opdracht om onze bevindingen in een rapport vast te leggen, tevens diende het betreffende rapport een procedure te bevatten voor herstel van de gedegradeerde delen.

Algemeen
De molen is gebouwd in het jaar 1755 op een deel van de oude stadswal van Woerden. Rondom dit deel van de oude stadswal heeft men grondsoorten aangebracht om een goed draagvlak te creëren voor het fundament van de molen. We noemen nu dit deel van de oude overgebleven stadswal, “de Molenberg”.

  Kennelijk was men destijds bewust van het feit dat dit deel van de oude stadswal met de aangebrachte grondsoorten als dragend geheel tot wellicht instabiliteit van de molen zou kunnen gaan leiden. Hierdoor is de molenvoet qua buitendiameter groter geconstrueerd in vergelijking met de buitendiameter van het conische vlak van het totaal opgaande muurwerk. Het conische vlak van de molenvoet is dus minder steil dan het conische vlak van de gehele molenromp. De muurdikte van de molenvoet op maaiveldniveau is circa 1500 mm. De gehele molenromp is destijds opgebouwd met IJsselsteentjes en kalkmetselmortel.
De molenvoet zal waarschijnlijk eerst bekleed zijn geweest met een kalkpleister, in een later stadium is deze in ieder
geval voorzien van een cementpleister, vervolgens werd deze pleister voorzien van koolteer. Opgezogen grondwater kon hierdoor niet meer via de buitenkant uittreden.

Het capillaire vatenstelsel van gebakken stenen neemt vocht op uit hemelwater en onttrekt water uit de grond. Het kolosaal fundament van molen zal aanzienlijk veel water onttrekken uit de grond, dit vocht zal ergens via het muurwerk moeten uittreden. Indien vochtuittreding niet voldoende kan plaatsvinden zal het metselwerk worden belast door een hoeveelheid vocht en kan het bouwschadelijk worden. De kalkmetselmortel was op een aantal plekken volledig verdwenen. Door oververzadiging van vocht werd de kalk waaruit de kalkmortel onder andere is samengesteld, aangetast en hierdoor verliest de mortel de binding met de overige mortelcomponenten en verdwijnt hierdoor de hechtkracht op de bakstenen.

 
In een strenge winter zal ook vorst een belangrijke bijdrage leveren aan het degradatieproces bij overmatig vochtaanbod. De steenkorrels waaruit de gebakken stenen bestaan worden uit elkaar gedrukt door bevriezing van het vocht.

Uitgevoerde herstel reparaties aan de molenvoet in het verleden
Degradatie van het metselwerk van de molenvoet is niet van recente tijd. Dat dit in verleden ook het geval was blijkt uit de herstelreparaties die men destijds heeft uitgevoerd. Direct onder de buitenste schil (bakstenen laag) kwamen we her en der concentraties traskalk tegen. Traskalk is een kalkmortel die waterwerend werkt en onder andere werd toegepast bij de bouw van watersluizen tot in de 20e eeuw. Wellicht ging men er destijds van uit dat met toepassing van traskalk de nadelige inwerking van vocht op het metselwerk van de molenvoet beter te kunnen beheersen. Later gebruikte men bij herstelreparaties cement als metselmortel, ook troffen we aanzienlijk veel harde bakstenen en zachte rode holle bakstenen aan in de molenvoet.
Voor de beide woonkamerkozijnen heeft men in een veel later stadium vensterbanken geconstrueerd, de bovenkanten van de vensterbanken waren van beton, deze hebben we verwijderd.


Overigens willen we hiermee niet stellen, dat men destijds niet serieus de problematiek benaderde, de kennis die destijds voorhanden was paste men toe bij deze herstelreparaties.
 

  Herstel
We hebben eerst de cementpleister van de molenvoet verwijderd, aanzienlijke delen van de cementpleister stonden los van de ondergrond. Ook delen verkeerd metselwerk (cement metselwerk) stonden los van het achterliggende metselwerk, deze delen konden we eenvoudig verwijderen. Vervolgens hebben we verkeerd metselwerk wat nog redelijk vast zat (harde stenen en zachte rode stenen die met cement waren gemetseld) verwijderd. Ook traskalk concentraties hebben we zoveel mogelijk zorgvuldig verwijderd.
Cementresten die waren achtergebleven op de goede IJsselsteentjes hebben we voorzichtig met een handbeitel en handhamer verwijderd.
IJsselsteentjes die los lagen in metselwerk hebben we verwijderd en ontdaan van de kalkmortel / cementmortel en schoongemaakt voor hergebruik.

Drainage van hemelwater
Om de bovenste laag van de molenvoet fundatie te ontlasten van overmatig hemelwater, hebben wij rond de molenvoet een drainage systeem aangelegd. Met behulp van t - stuk aansluitingen wordt het hemelwater nu molenberg afwaarts gedraineerd. Vervolgens hebben we de drainagegoot gevuld met grind.

Nieuwe en oude IJsselsteentjes
Vervolgens is de molenvoet met oude – en nieuwe IJsselsteentjes en met een hydraulische kalkmortel weer opgebouwd.
De beide buitenvensterbanken zijn nu opgebouwd uit gemetselde IJsselsteentjes.
Op maaiveldniveau is het metselwerk nu voorzien van een rollaag bestaande uit IJsselsteentjes, met als doel de kalkpleisterlaag minder kwetsbaar te maken voor optrekkend en opspattend vocht.

 

Holle ruimten
De holle ruimten die meer aan de oppervlakte zijn ontstaan als gevolg van zwelling en krimp tussen de gemetselde schillen, hebben wij opgevuld met een kalkinjectielijm.

 

Kalkpleister
Aansluitend is de molenvoet afgewerkt met een hydraulische kalkpleister.